Hoe werkt de transformator?

Een transformator werkt volgens het principe van elektromagnetische inductie om elektrische energie over te dragen tussen twee of meer circuits door veranderingen in de magnetische flux. Het bestaat uit twee of meer draadspoelen, wikkelingen genoemd, die rond een ferromagnetische kern zijn gewikkeld. Wanneer wisselstroom (AC) door de primaire wikkeling stroomt, genereert deze een veranderend magnetisch veld in de kern. Dit veranderende magnetische veld induceert door elektromagnetische inductie een spanning in de secundaire wikkeling.

De spanning die in de secundaire wikkeling wordt geïnduceerd, hangt af van de verhouding van de windingen tussen de primaire en secundaire wikkelingen, waardoor transformatoren de spanningsniveaus kunnen verhogen of verlagen terwijl de vermogensbalans tussen de ingangs- en uitgangscircuits behouden blijft.

De werking van een transformator kan in verschillende fasen worden beschreven:

  1. Er wordt wisselspanning toegepast op de primaire wikkeling van de transformator.
  2. Wisselstroom die door de primaire wikkeling vloeit, genereert een veranderend magnetisch veld in de ferromagnetische kern.
  3. Dit veranderende magnetische veld induceert een spanning in de secundaire wikkeling door middel van elektromagnetische inductie.
  4. De spanning die wordt geïnduceerd in de secundaire wikkeling is evenredig met de verhouding van de windingen tussen de primaire en secundaire wikkelingen.
  5. De secundaire wikkeling levert de geïnduceerde spanning aan de belasting die erop is aangesloten.

Het werkingsprincipe van een transformator is gebaseerd op de fundamentele principes van elektromagnetische inductie.

Wanneer wisselstroom door de primaire wikkeling van een transformator vloeit, ontstaat er in de kern een veranderend magnetisch veld. Dit veranderende magnetische veld induceert door elektromagnetische inductie een spanning in de secundaire wikkeling. De spanning die in de secundaire wikkeling wordt geïnduceerd, hangt af van de windingsverhouding tussen de primaire en secundaire wikkelingen.

Door het aantal windingen in elke wikkeling aan te passen, kunnen transformatoren de spanningsniveaus verhogen of overschrijden, terwijl de vermogensbalans tussen de ingangs- en uitgangscircuits behouden blijft.

De functie van een transformator is het overbrengen van elektrische energie tussen twee of meer circuits door veranderingen in de magnetische flux. Het werkt door het omzetten van elektrische energie van het ene spanningsniveau naar het andere, terwijl een vermogensbalans tussen de ingangs- en uitgangscircuits behouden blijft.

Transformatoren veranderen wisselstroom (AC) niet in gelijkstroom (DC); Ze werken alleen met AC-signalen. Gelijkrichters en andere circuits kunnen echter in combinatie met transformatoren worden gebruikt om wisselstroom naar gelijkstroom om te zetten of omgekeerd. Transformatoren zijn essentiële componenten van elektrische energiedistributie-, transmissie- en gebruikssystemen en zorgen voor een efficiënte spanningsomzetting en elektrische isolatie.

Related Posts